Het palet van de psychologie

Hoe kan het dat het litteken dat een man heeft overgehouden aan een traumatische gebeurtenis vele decennia later dikker en pijnlijk wordt als hij vertelt over het trauma? Hoe kan een vrouw na een avond alcoholvrij bier drinken net zo aangeschoten zijn als haar vrienden? Waarom wil een jongen zijn eigen naam niet meer zeggen? Het antwoord op zulke vragen is vaak te vinden in de toepassing van psychologische theorieën.

In Het palet van de psychologie leert de (aanstaande) professional in de hulpverlenings- en opvoedingspraktijk met verschillende ‘brillen’ kijken naar gedragingen, gevoelens en gedachten van mensen. Zo krijgen zij tools in handen om hun werk beter te begrijpen, te interpreteren en vorm te geven.

Het palet van de psychologiewordt al meer dan dertig jaar voorgeschreven in verschillende opleidingen en zou je dus ‘bewezen effectief’ kunnen noemen. Deze vijfde herziene druk is grondig geactualiseerd maar de opzet is ongewijzigd: zeven belangrijke stromingen in de psychologie worden behandeld, namelijk de psychoanalyse, het behaviorisme, de humanistische psychologie, de cognitieve psychologie, de systeemtheorie, de omgevingspsychologie en de biologische psychologie. Van elke stroming komen de geschiedenis, de theoretische begrippen en opvattingen, de recente ontwikkelingen en de toepassingen in hulpverlening en opvoeding aan de orde. De stromingen worden met elkaar vergeleken aan de hand van hun mensbeeld, hoe zij verklaringen bieden voor bepaalde psychische problemen, en de effectiviteit van hun toepassingen in de praktijk. Ook wordt hun verhouding tot het biopsychosociaal model uitgelicht.

Op de website bij het boek staan interactieve meerkeuzevragen en verschillenden soorten opdrachten, voor zelfcontrole en om te oefenen met de leerstof. Voor docenten is bij elk hoofdstuk een powerpointpresentatie beschikbaar ter ondersteuning van de lespraktijk.

Het palet van de psychologieis in eerste instantie geschreven voor studenten binnen hbo-opleidingen als social work, pedagogiek en verpleegkunde. Het boek kan ook in andere opleidingen en door professionals gebruikt worden.

Rigter was als hogeschoolhoofddocent ruim dertig jaar verbonden aan de Faculteit Sociaal Werk & Educatie van De Haagse Hogeschool. Tevens was hij ruim vijftien jaar als senior onderzoeker verbonden aan het lectoraat Jeugd & Opvoeding van dezelfde hogeschool. Eerder schreef hij onder meer Basisboek psychologie, Handboek ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen en (samen met Malou van Hintum) Ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen – Een inleiding.